Na de video van Taiye Selasi “Don't ask where I'm from, ask where I'm a local” (2014) heb ik gereflecteerd over mijn origine. Ik ben in Vlaanderen geboren en opgegroeid, mijn middelbare school heb ik in Wallonië gelopen om daarna mijn hogere studies terug in Vlaanderen verder te zetten.  Tussendoor heb ik door te reizen zo veel als mogelijke verschillende plaatsen proberen te ontdekken, voornamelijk in West-Europa.
Mijn volledige familie woont op fietsafstand van elkaar. Ook al ken ik “mijn” gemeente door en door, toch voel ik hier geen band mee. Ik weet er mijn baan, ik ken alle winkels en ook de verborgen pittoreske wegen,  maar ik ken veel te weinig dorpsgenoten.
Rituelen:
Ik hou ervan om altijd rond 7u op te staan. Zo houd ik een mooie routine. Door telkens op een vast tijdstip aan de ochtend te beginnen, verloopt de rest van de dag met een zekere regelmaat en meer gestructureerd.

Elke vrijdag houden we thuis “kook-vrijdag”.  Dan proberen we altijd een nieuw recept uit en zo leren we ook andere keukens kennen. Voorbeeld Aziatische avond met lenterolletjes. Voor enkele ideetjes zie “Koken” in de navigatie van mijn website : ​​​​​​​
Alles voor een Aziatische avond
Alles voor een Aziatische avond
Zelfgemaakte lenterolletjes
Zelfgemaakte lenterolletjes
In Knees to chin in Brussel heb ik lenterolletjes leren kennen.
In Knees to chin in Brussel heb ik lenterolletjes leren kennen.
“La St-Nicolas des Rhétos” is één van de rituelen die ik in Wallonië leerde kennen. Het is een feest voor de zesdejaars uit het middelbaar onderwijs en is vergelijkbaar met de 100 dagen in Vlaanderen. In Vlaanderen wordt voor de laatstejaars een thema-week georganiseerd waarbij zij verkleed naar school komen. De week wordt afgerond met een show die opgevoerd wordt voor de leerlingen uit de andere leerjaren.   
In Wallonië is dit een dag (meestal woensdag) waar de laatstejaars zich verkleden zonder thema en samen met de Sint rond gaan in de klassen om er snoep uit te delen en om de “stoute” leerlingen vuil te maken. De Rhétos sluiten de dag af met een grote fuif op school. 
Relaties:
Mijn wekelijkse connectie ligt bij mijn vrienden en familie. 
Vóór Corona-tijd gingen we elke zondagavond eten bij mijn grootouders.  Een vaste afspraak om bij te praten met hen en met mijn nonkels, tantes en nichtjes. Omdat onze familie niet zo groot is, is dit een zeer aangenaam moment in de week. Ik mis dit enorm.

Mijn vrienden zie/zag ik dagelijks op de campus of enkele keren in de week in mijn studentenvereniging. Zelfs met corona is mijn studentenvereniging heel actief. Elke week zijn er 2 à 4 activiteiten online van spelletjes, film avond tot sport challenges. 

Mijn beste vrienden zie ik niet wekelijks omdat ze allemaal verspreid wonen over België, maar met hen heb ik wel het beste contact.  
Restricties: 
Als Europeaan en als Belg heb ik niet veel restricties, of toch niet waar ik me van bewust ben. 

In mijn eigen land heb ik tussen Vlaanderen en Wallonië een grens ervaren. Het is niet evident om je als Vlaming in te schrijven in een Waalse school. Als je daarna met een Waals diploma terugkeert naar een Vlaamse Universiteit of Hogeschool dan ben je plots een "buitenlander" in eigen land.
Elk Waals kind krijgt van bij zijn inschrijving in de kleuterklas een schooldossier toegewezen. Dit dossier volgt je gedurende je hele schoolloopbaan.  Als Vlaming had ik geen schooldossier en de Waalse school had geen inschrijvingsformulier voor mij. Uiteindelijk was het de directeur zelf die mijn basisgegevens zoals mijn naam, adres en geboortedatum, noteerde op een briefje.  Mijn ouders hoefden niets te ondertekenen.
Om na mijn Waals avontuur te mogen starten aan een Vlaamse hogeschool of Universiteit heb ik een taaltest moeten afleggen. Toch ben ik ingeschreven aan de hogeschool met een niet-Belgisch diploma.

Ook de NMBS heeft maar een beperkt aantal overgangen aan de taalgrens. Uiteraard is Brussel het ankerpunt, maar daarnaast heb je slechts Kortrijk, Geraardsbergen, Leuven en Hasselt die aansluitingen geven met ons Franstalig landsgedeelte.
En dit allemaal omdat ons kleine land zo nodig gesplitst is.
Conclusie:
Ik heb mezelf altijd als Belg gezien en niet enkel als Vlaming of Gaverling. Door te studeren in Vlaanderen en Wallonië voel  ik me een multi-local. Zowel Gavere waar ik woon, Gent waar ik nu al 3 jaar studeer en op kot zit en Ath waar ik 6 jaar op internaat en school gezeten heb, daar voel ik me thuis.
Bronnen:
video:
Selasi T., (2014). Don’t ask where i’m from, ask where i’m a local. Geraadpleegd op 13/11/2020, via: https://www.ted.com/talks/taiye_selasi_don_t_ask_where_i_m_from_ask_where_i_m_a_local?utm_campaign=tedspread&utm_medium=referral&utm_source=tedcomshare  
Knees to chin (2020, 21 september). [illustration]. Geraadpleegd op 12/12/2020, via: https://www.instagram.com/p/CFZbdgQgVJy/ 

You may also like

Back to Top